Ga direct naar: Hoofdnavigatie
Ga direct naar: Inhoud
Kamp Nuis

Kamp Nuis

Kamp Nuis te Marum (Groningen) werd in 1941 gebouwd als een werkkamp in het kader van de Nederlandsche Arbeidsdienst. In 1944-1945 waren er NSB-vluchtelingen gevestigd en van 1946 tot 1949 was het kamp in gebruik als een Bewarings- en verblijfskamp.

Filter op
Geen filters gevonden
Geen filters gevonden
Geen filters gevonden
Geen filters gevonden
Nuis, kunstwerk bij Kamp Nuis

Het kunstwerk in Kamp Nuis herinnert aan de personen die tussen 1941 en 1964 in het kamp verbleven. In 1941 werd het Kamp Nuis gebouwd voor de Nederlandse Arbeidsdienst die werden ingezet bij de ruilverkavelingsprojecten rond Lucaswolde. In 1944 verdwenen met de opheffing van de dienst ook de gevangenen. De bedoeling was om er vervolgens Duitsers te huisvesten, waarvoor het kamp werd versterkt met afweergeschut en mitrailleursnesten. De soldaten waren echter nodig aan het front en in plaats van hen werden er daarom NSB-vluchtelingen uit Arnhem en Limburg gehuisvest. In 1945, na de oorlog, werden zij afgelost door gevangengenomen collaborateurs, die onder zeer slechte omstandigheden werden vastgehouden door de Binnenlandse Strijdkrachten; de toestand was zo slecht dat sommige BS'ers wegliepen omdat ze zich afvroegen of ze om deze reden in het verzet hadden gezeten. In 1948 werd het omgevormd tot dependance van de jeugdgevangenis van Veenhuizen, waar ook een aantal SS'ers werden gehuisvest, ditmaal onder betere omstandigheden. In 1951 werden zij opgevolgd door gevluchte Ambonezen (gezinnen van KNIL-militairen), die er verbleven tot 1964. Toen de laatste Ambonezen verhuisden naar woningen in Marum, Drachten, Hoogkerk of De Wijert in Groningen werd het kamp gesloten. Alles werd gesloopt en niets herinnerde meer aan het kamp. In 2010 opperde Plaatselijk Belang Nuis-Niebert om er een kunstwerk te plaatsen ter herinnering aan het kamp. In oktober 2011 kwam dit kunstwerk er ook daadwerkelijk. Oprichting Het kunstwerk bij voormalig Kamp Nuis is een initiatief van Plaatselijk Belang Nuis-Niebert. Onthulling Het kunstwerk is op 15 oktober 2011 onthuld.

Vervaardiger
Gert Sennema
Organisatie
Nationaal Comité 4 en 5 mei
KNIL
Burgerslachtoffers
Nederlandsche Arbeidsdienst
Monument
Getuigen Verhalen, NSB'ers in Westerbork, Interview 11
Audio

De geïnterviewde werd geboren in een klein boerengezin met twee kinderen. Zijn grootvader werd in de jaren ’20 lid van de SDAP en had een sterke sociale inslag. De crisis, de berichten uit Duitsland en de verhalen van Mussert, overtuigden zijn grootvader, dat een betere toekomst alleen bereikbaar was met de NSB. De vader van de geïnterviewde ging rond 1930 naar Amerika om te kijken of daar een beter bestaan op te bouwen was. Hij keerde terug naar Nederland met Amerikaanse papieren en een ‘Return Permit’. In 1941 spoorde de grootvader zijn zoon aan zich aan te sluiten bij de NSB, omdat er volgens hem een groot risico was, dat hij opgepakt zou worden met zijn Amerikaanse papieren. De vader besloot ook lid te worden. De moeder van de geïnterviewde moet niks van de NSB hebben, maar met de angst dat haar man opgepakt of gearresteerd zou kunnen worden, liet ze hem zijn gang gaan. Na een jaar hield vader het echter voor gezien. Van de oorlog en de andere toestanden die op dat moment gaande waren, moet hij niets hebben. Hij vroeg grootvader hem uit te schrijven, maar deze heeft dat nooit gedaan. De geïnterviewde kan zich niet herinneren dat hij er in de oorlog mee geconfronteerd werd een kind van een NSB’er te zijn. Veel mensen bleken niet eens te weten dat zijn vader lid van de partij was. Hij vertelt dat hij in de oorlogsjaren ontdekte dat er een onderduiker in het hooivak van de schuur schuilde, maar dat hij er niet over mocht praten. Wie er ondergedoken heeft gezeten is hen onbekend. Als hij na de bevrijding op een dag uit school komt, blijkt dat zijn vader is opgepakt en in provisorisch kamp achter de oude zuivelfabriek in Roden is opgesloten. Hij bezocht zijn vader één keer. Het huis van de familie werd tot rijkseigendom verklaard. Vader werd ondertussen van Roden naar Westerbork gebracht. Volgens de geïnterviewde waren er goede mensen bij de BS, maar waren er ook zogenaamde ‘fanaten’ die de boel verziekten. Zo werd zijn grootvader, die in Nuis gevangen zat, door een BS’er doodgeslagen. De man die verantwoordelijk is voor de dood van zijn grootvader, werd hier nooit voor vervolgd. De moeder van de geïnterviewde ging af en toe met haar zus op bezoek in Westerbork. De kinderen gingen nooit mee. De geïnterviewde dacht dat ze zich schaamde voor het feit dat haar man gevangen zat in een interneringskamp. Tijdens zijn gevangenschap probeerde familie, buren en andere kennissen te bewijzen dat vader niets fout heeft gedaan. Uiteindelijk erkenden de autoriteiten in 1946 dat vader onschuldig was. Hij werd vrijgelaten. Wel kreeg hij een boete opgelegd. Deze werd later weer kwijtgescholden. Er kwam zelfs een schadevergoeding. Thuis wordt er nadien heel weinig over de oorlogsjaren gepraat.

Vervaardiger
Herinneringscentrum Kamp Westerbork
Datum
1940
SDAP
Binnenlandse Strijdkrachten
Oral history
Ontvang onze nieuwsbrief
Tweewekelijks geven we je een overzicht van de meest interessante en relevante onderwerpen, artikelen en bronnen van dit moment.
Ministerie van volksgezondheid, welzijn en sportVFonds
Contact

Herengracht 380
1016 CJ
Amsterdam

020 52 33 87 0info@oorlogsbronnen.nlPers en media
Deze website is bekroond met:Deze website is bekroond met 3 DIA awardsDeze website is bekroond met 4 Lovie awards