Maria van der Pol-van der Linden

Ook bekend als: Maria van der Linden, Maria

Maria wordt geboren op 28 september 1901 in Gameren. In 1926 huwt ze Willem van der Pol uit Utrecht en samen verhuizen ze na hun huwelijk naar Waalre. Daar gaat Maria aan het werk als verpleegster. Het kinderloze echtpaar is tijdens de Duitse bezetting actief voor de ondergrondse in de regio Eindhoven, Aalst en Heeze. Als ‘mevrouw Brant’ is ze aangesloten bij de verzetsgroep van de familie De Koning uit Heeze die onder andere neergeschoten geallieerde piloten over de grens helpt, onderduikers voorziet van onderdak, bonnen en voedsel en illegale bladen verspreidt. Op 14 mei 1944 wordt de voltallige verzetsgroep rond de familie De Koning door de Sicherheitsdienst (SD) opgepakt tijdens een inval op hun boerderij in Het Huisven. Maria fietst op dat moment richting de boerderij met vermoedelijk een stapel illegale literatuur. Zodra ze ziet wat er aan de hand is, maakt ze zo snel mogelijk rechtsomkeert, maar een van de Duitse agenten heeft haar vermoedelijk toch gezien. Op 26 mei wordt Maria door de SD thuis gearresteerd en weggevoerd naar de gevangenis in Scheveningen, het ‘Oranjehotel’. Daarna wordt ze via de SD-Polizeigefängnis in Haaren naar kamp Vught overgebracht. Vanwege het naderen van de geallieerde troepenmacht gaat de SS op 5 september 1944 (‘Dolle Dinsdag’) over tot evacuatie van kamp Vught. De mannelijke gevangenen worden gedeporteerd naar Sachsenhausen; Maria met de vrouwen naar Ravensbrück. In het kamp worden de vrouwen onder erbarmelijke omstandigheden voor dwangarbeid ingezet, met name voor de Siemens-fabrieken, maar ook voor het maken van schoeisel en kleding voor de SS en het Duitse leger. Ook worden ze in de omgeving in de landbouw aan het werk gezet. De gevangenen lijden ernstig tekort aan voedsel en medische zorg en staan voortdurend bloot aan mishandelingen. Zij die het niet langer aankunnen, worden om het leven gebracht, of voor medische experimenten gebruikt. Ook voor Maria zijn de ontberingen uiteindelijk te veel. Op 17 januari 1945 krijgt zij, ernstig verzwakt en uitgeput, een fatale dosis luminal toegediend. Ze is 43 jaar geworden. Postuum is haar de Amerikaanse Medal of Freedom toegekend. In Aalst houdt de Mevrouw Brantlaan de schuilnaam waarmee ze bekendstond in herinnering. Voor haar echtgenoot Willem is de tragedie dan nog niet ten einde. Hij overleeft de oorlog en hertrouwt in 1956 met Cornelia de Lang met wie hij in Aalst gaat wonen. Op 24 februari 1959 komt zijn tweede vrouw, 29 jaar oud, om het leven als een straaljager van vliegveld Welschap neerstort op haar bungalow. Op 28 mei 1968 komt Willem zelf om het leven als zijn auto in Bodegraven tijdens een inhaalmanoeuvre van het talud raakt, een boom schampt en over de kop slaat.

Bron: Brabantse Gesneuvelden

Maria van der Pol (Gameren, 28 september 1901 - Ravensbrück, 17 of 19 januari 1945) was een koerier voor het verzet. Na haar arrestatie in 1944 zat ze vast in het Oranjehotel, Kamp Haaren en Kamp Vught en kwam zij om het leven in Ravensbrück.

Bron: Stichting WO2Net | Oorlogsbronnen.nl