Commissie voor de crisis-tuchtrechtspraak in Noord-Holland te Alkmaar
Geraadpleegde literatuur: De landbouw-crisismaatregelen, hunne werking en uitvoering, driemaandelijks verslag aan de Staten-Generaal 1934-1938. 4 delen Verantwoording van de inventarisatie: In 1951, na de inwerkingtreding van de Wet op de Economische Delicten, zijn de archieven van de tuchtrechters en het Centraal College (berustend op verschillende parketten) samengebracht in het Centraal Archief van het Ministerie van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening te Schiedam. Uit de, overigens schaarse correspondentie die in de archieven werd aangetroffen, blijkt dat de tuchtrechters al eerder oud-archief naar dit centrale depot hadden afgestoten. Aangezien de taak van de berechting van economische delicten door de inwerkingtreding van de Wet op de Economische Delicten van voornoemd Ministerie overging naar het Ministerie van Justitie, diende het archief aan Justitie te worden overgedragen. Deze overdracht vond plaats bij proces-verbaal van 25 maart 1964. Bij incidentele vernietiging werden de mondelinge uitspraken uit het archief verwijderd. Verantwoording van de herinventarisatie: In 1985 bleek een herinventarisatie noodzakelijk enerzijds als gevolg van achteraf aangetroffen archiefbescheiden, anderzijds als gevolg van nieuwe gegevens die een ander beeld gaven van de oorspronkelijke archiefordening. Zie de bijlage rubriek 3.3. Het bleek nu mogelijk onderscheid te maken tussen de archieven van de commissies voor de crisis-tuchtrechtspraak en die van de tuchtrechters voor de voedselvoorziening. In tegenstelling tot wat voorheen werd aangenomen, bleken ook de archieven van de Hoofdambtenaar voor de Crisis-tuchtrechtspraak en van de Hoofdambtenaar voor de tuchtrechtspraak, weliswaar fragmentarisch, nog aanwezig te zijn. Geschiedenis van de (crisis-)tuchtrechtspraak voor de voedselvoorziening: Door diverse, zowel nationale als internationale oorzaken daalde de opbrengst van onze landbouwproducten sinds 1929 aanzienlijk. Exporteerden we in 1928 nog voor een bedrag van f. 690.200.000,- aan landbouwproducten, in 1930 was dit al gedaald tot f. 582.800.00,-, in 1931 tot f. 459.400.00,- en in 1932 zelfs tot f. 306.500.00,-. Deze scherp afnemende export werd onder andere veroorzaakt door een algemene wereldverarming; onder andere de muntdepreciatie, de val van de Engelse pond-sterling, de betalingsmoeilijkheden een land als Duitsland (een naslepend gevolg van de Eerste Wereldoorlog), terwijl er tevens sprake was van een internationale overproductie van landbouwproducten.
- Archieven Noord-Hollands Archief
- Archief
- 264.1
- Justitie en rechtspraak
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer