Joodsche Raad voor Amsterdam [182]
De Joodsche Raad voor Amsterdam: met de armen over elkaar aan tafel zit Asscher, aan zijn linker zijde zit Cohen.
Een uitgebreid overzicht van de toenemende onrust in de hoofdstad wordt geschetst in Sijes, Februaristaking… blz. 62-89. Zie ook Presser, Ondergang… deel I blz. 78-81 & De Jong, Het Koninkrijk… deel 4 blz. 876-881.
Bij gevechten op het Waterlooplein op dinsdagavond 11 februari raakte WA-man Hendrik Koot zo zwaar gewond Delen van het proces-verbaal zijn gepubliceerd bij www.dedokwerker.nl/hendrik_koot.html Brief van 20 februari 1941 van Rauter aan Himmler; geciteerd in Sijes, Februaristaking… blz. 89. Meldungen aus den Niederlanden no. 33 van 18 februari 1941; NIOD-archief 077 Höhere SS- und Polizeiführer inv.no. 354. Volgens Böhmcker had een jood zich "vollkommen in das Gesicht Koot's festgebissen und gebärdete sich wie ein wildes Tier"; geciteerd in Sijes, Februaristaking… blz. 88.
De Jong, Het koninkrijk… deel 4 blz. 882.
Böhmcker gelastte de oprichting van een "Judenrat", die hij verantwoordelijk stelde voor de rust en orde in de joodse wijk. Meteen vaardigde hij de eerste opdracht uit: de joden moesten opgeroepen worden hun wapens in te leveren bij de politie. Beide rabbijnen trokken zich terug maar Asscher toonde zich bereid als voorzitter op te treden, en verzocht hoogleraar oude geschiedenis David Cohen als mede-bestuurder aan te stellen. Zij kenden elkaar al jaren uit tal van besturen en commissies en hadden "altijd aan het hoofd gestaan van alle hulpacties". Vanwege deze rol beschouwden Asscher en Cohen zichzelf "als leiders van de joodse gemeente" De Jong, Het koninkrijk… deel 4 blz. 885. De Jong, Het koninkrijk… deel 5 blz. 518.
Donderdagochtend 13 februari 1941 om elf uur kwamen twintig mannen bijeen in de fabriek van Asscher. Naast voorzitters Asscher en Cohen verschenen in het pand aan de Tolhuisstraat 127-129 Lindwer, Het fatale dilemma… blz. 229 & De Jong, Het koninkrijk… deel 5 blz. 519 noot 2. Van de aanwezigen weigerde alleen professor Frijda op principiële gronden deel te nemen aan de Joodse Raad. Naast slager Quiros en vakbondsleider Voet verliet in 1941 ook mr. I. Kisch de Joodse Raad. Een jaar later waren de arts dr. I.H.J. Vos en notaris A. van den Bergh inmiddels tot de Raad toegetreden. Na juli 1942 verdwenen enkele leden door deportaties uit de Raad. In februari 1942 nam mr. L.N. Kan ontslag, in de zomer van 1943 verlieten Krouwer en Van Lier de Raad omdat zij in de ogen van de Duitsers geen vol-joden waren. In de lente van 1943 voegde opperrabbijn Dasberg uit Groningen zich bij de Raad. In de zomer van 1943 telde de Joodse Raad, naast Asscher en Cohen, nog elf leden.dr. J. Arons (arts)
mr. N. de Beneditty (rechter)
prof.mr. H. Frijda (hoogleraar)
mr. A.B. Gomperts (advocaat)
I. de Haan (fabrikant)
A. de Hoop (directeur Bioscoopbond)
mr. L.N. Kan (voorzitter Nederlandse Zionistenbond)
mr. I. Kisch (universitair docent)
A. Krouwer (directeur handelsmaatschappij Europa-Azië)
mr. S.J. van Lier (gemeentesecretaris Amsterdam)
A.J. Mendes da Costa (oud-secretaris Portugees-Israëlitische Gemeente)
prof.dr. J.L. Palache (hoogleraar en voorzitter Portugees-Israëlitisch Kerkgenootschap)
mr.dr. M.I. Prins (jurist)
A. Quiros (slager)
opperrabbijn A.L. Sarlouis (opperrabbijn Nederlands-Israëlitische Hoofdsynagoge)
dr. D.M. Sluys (secretaris Nederlands-Israëlitische Hoofdsynagoge)
A. Soep Bzn. (diamantair)
Als naam voor het gezelschap dacht men aanvankelijk aan Commissie van vertegenwoordiging voor de Amsterdamse joden. Uitgangspunt van de commissie zou zijn "dat zij in hoofdzaak een uitvoerende en overbrengende taak zal hebben, doch geen verantwoordelijkheid kan dragen voor de opdrachten die zij heeft over te brengen, en anderzijds niet zoover kan gaan, voor de Joden oneervolle opdrachten te aanvaarden" Notulen Joodse Raad 13 februari 1941; archief 182 Joodse Raad inventarisnummer 3. Sijes, Februaristaking… blz. 91. Mededeling van Böhmcker en Lages op 27 oktober 1941. In het zelfde gesprek deelden zij mee dat de Joodse Raad geen formele statuten zou krijgen; Presser, Ondergang… blz. 170.
Hierdoor werd onder meer de Joodse Coördinatie Commissie verboden. De Zentralstelle für jüdische Auswanderung verstevigde de positie van de Joodse Raad door bewust bevoegdheden aan de raad over te dragen; Michman, "De oprichting van de Joodse Raad voor Amsterdam…" blz. 90. Lindwer, Het fatale dilemma… blz. 20.
De Joodse Raad raakte echter ook steeds meer betrokken bij de voorbereiding en uitvoering van anti-joodse maatregelen en moest het voornemen loslaten om geen oneervolle opdrachten te aanvaarden. De raad werd aangestuurd door de Zentralstelle für jüdische Auswanderung onder leiding van Willy Lages en Ferdinand aus der Fünten. De Zentralstelle dwong de Joodse Raad lijsten op te stellen van niet-Nederlandse joden, later ook van werkloze Nederlandse joden. De distributie van de gele jodensterren verliep via de raad Dit werd zo snel en efficiënt uitgevoerd dat het bij de Duitsers bewondering opriep; Michman, "Controversy surrounding the Jewish Council…" blz. 254. Memorandum van Willy Zöpf in 1942; geciteerd in Michman, "Controversial stand…" blz. 25 n. 28. Getuigenverklaring van W. Lages in het najaar van 1947; geciteerd in Lindwer, Het fatale dilemma… blz. 14.
Van het op 13 februari 1941 inderhaast bijeengeroepen comité van twintig mannen was de Joodse Raad uitgegroeid tot een organisatie met tientallen afdelingen en in het gehele land lokale en regionale vertegenwoordigingen. Chroniqueur van de jodenvervolging in Nederland Jacques Presser achtte de Joodse Raad qua omvang een ministerie niet onwaardig en noemde het "een gekrioel van personen, functies, bureau’s met bijbehorende paperasserij". Hij sprak van een "woekergroei": begin april 1943 telde de Joodse Raad achtduizend medewerkers alleen al voor Amsterdam. Nog eens 560 medewerkers waren werkzaam in de provincies Noord- en Zuid-Holland en Utrecht en de grote steden Den Haag, Rotterdam en Utrecht. De grote razzia’s van mei en juni 1943 hadden echter een "gewijzigde bureaulijst" tot gevolg. Half juli waren er nog geen 1.100 medewerkers over en eind augustus telde de Joodse Raad er nog 92 Presser, Ondergang… blz. 453-455.
Joodsche Weekblad 3e jaargang no. 25 van 24 september 1943; http://www.delpher.nl/nl/kranten/view?query=joodsche+weekblad&page=1&coll=ddd&facets%5Bperiode%5D%5B%5D=2%7C20e_eeuw%7C1940-1949%7C1943%7C&identifier=ddd%3A010318389%3Ampeg21%3Ap001&resultsidentifier=ddd%3A010318389%3Ampeg21%3Aa0018 De Jong, Het Koninkrijk… deel 7 blz. 311; alleen Cohen werd niet opgepakt, hij kwam een dag later aan in Westerbork.
Michman, "De oprichting van de Joodse Raad voor Amsterdam…" blz. 77. Michman, "De oprichting van de Joodse Raad voor Amsterdam…" blz. 78-80. Het Reichprotektorat Bohemen en Moravië kreeg "ein ähnliches System wie in Wien", namelijk een "reorganisierte örtliche jüdische Gemeinde ohne besondere Rechtsgrundlage, die einer Zentralstelle direkt unterstellt war"; Michman, "Judenräte..." blz. 299.
Esh, “Reichsvereinigung der Juden…” blz. 20. Michman, “Judenräte...” blz. 298. Esh, “Reichsvereinigung der Juden…” blz. 25-26. Esh, “Reichsvereinigung der Juden…” blz. 30.
De Gestapo, die in het Duitse Rijk belast was met de afhandeling van joodse zaken, ontbond de Reichsvereinigung op 10 juni 1943. Op dat moment waren er nog geen tienduizend joden over van de driehonderduizend die in 1939 in Duitsland woonden Esh, “Reichsvereinigung der Juden…” blz. 32, 34, 37-38. Alleen een Restvereinigung der jüdischen Mischehepartner bleef bestaan om de eigendommen van de oude organisatie aan de staat over te dragen.
Schnellbrief van 21 september 1939 van Heydrich aan de commandanten van de Einsatzgruppen; geciteerd in Berenstein, Faschismus, Getto, Massenmord… blz. 37-41.
De ingestelde joodse raden waren doorgaans een voortzetting van traditionele joodse organisaties die al voor de oorlog bestonden, of van burgercomités die tijdens de gevechten van september 1939 waren ontstaan Trunk, Judenrat… blz. 14-16. Een deel van de Judenrat van Lublin bestond uit leden van een vooroorlogs joods gemeentebestuur. De meeste leden van het Joods Burger Comité dat tijdens het beleg van Warschau was opgericht, namen later zitting in de Judenrat van de stad. Trunk, Judenrat… blz. 24-25.
De omvang van de joodse raden kon variëren. Een grote stad als Lwow met 150.000 inwoners had een joodse raad van aanvankelijk acht en later twaalf leden. Een provinciestad met zevenduizend inwoners had daarentegen een vierentwintig leden tellende joodse raad Trunk, Judenrat… blz. 29. In het stadje Wadowice woonden tweeduizend joden die vertegenwoordigd werden door een joodse raad van vier leden. Het nabijgelegen dorpje Andrychów had een joodse raad van zes leden op een joodse bevolking van vijfhonderd. Trunk, Judenrat… blz. 36-37. De "Zentrale der Ältestenräte der jüdischen Kultusgemeinden in Ostoberschlesien" was in maart 1941 bevoegd voor 32 gemeenschappen verspreid over tien districten. Trunk, Judenrat… blz. 5, 264 passim.
Szajkowski, "Glimpses on the History of Jews…" blz. 134, 136, 145. Voorzitter Albert Lévy was voor de oorlog als voorzitter van de Comité d' Assistance aux Refugiés betrokken bij de hulp aan joodse vluchtelingen.
Eveneens eind november 1941 verordonneerde de militaire bevelhebber in België de oprichting van de Vereinigung der Juden in Belgien (VJB). Het oprichtingsdecreet bepaalde dat de "Jodenvereeniging" statuten kreeg en onder toezicht stond van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Volksgezondheid. Als doel was nadrukkelijk vastgelegd de "uitwijking der joden te bevorderen" Michman, "De oprichting van de VJB…" blz. 41-42. Sonderbericht das Judentum in Belgien; geciteerd in Klarsfeld, Die Endlösung der Judenfrage… blz. 12-13.
Michman, "Judenräte…" blz. 300; ook de Sovjet-Unie, Hongarije, het Griekse Saloniki en tot op zekere hoogte Tunesië kregen te maken met dit model. Michman, "Judenräte…" blz. 299-300; rekent ook Roemenië en Algerije tot deze groep, evenals in zeker opzicht Danzig. Blom, "Persecution of the Jews"… blz. 347. Michman “Judenräte…” blz. 304. Michman, "De oprichting van de VJB…" blz. 31.
Blom, "The persecution of the Jews…" blz. 338 Na de Anschluss in maart 1938 werd Harster naar Oostenrijk overgeplaatst en vanaf oktober 1939 was hij Befehlshaber der Sicherheitspolizei in Polen; Michman Uniqueness... blz. 375-376.
De Joodse Raad die in Nederland het licht zag, vertoont in een aantal opzichten verwantschap met het Poolse model, zoals het ontbreken van een wettelijke verankering, de initiële taak om rust en orde te handhaven en de in aanvang plaatselijke zeggenschap Als andere overeenkomende elementen kunnen genoemd worden de naam Judenrat zelf (in tegenstelling tot Judenvereinigung), de persoonlijke opdracht van Duitse autoriteiten aan rabbijnen en notabelen, het aantal leden en de zeggenschap van een centrale raad over regionale raden; Michman, "De oprichting van de Joodse Raad voor Amsterdam…" blz. 88, 91 en 93. Voor een uitgebreide analyse van de competentiestrijd tussen de Duitse autoriteiten in bezet Nederland zie onder meer Houwink ten Cate, "Heydrich's Security Police…" en Michman, "Planning for the final solution…"
Opmerkelijk in dit verband is dat Seyss-Inquart een poging deed een vertegenwoordigend joods orgaan oprichten dat geënt was op de Reichs-Vereinigung in Duitsland zelf. Hiermee ging hij in tegen de harde lijn die Rauter en Harster voorstonden. Seyss-Inquart liet plannen uitwerken voor een "jüdische Zwangsorganisation" die het sociale en culturele leven van de joden moest kanaliseren en controleren. Naast deze "Reinigung des Kultur- und Vereinswesens von artfremden Einflussen" lag ook de "Förderung ihrer Auswanderung" in zijn bedoeling. Dit plan, dat vooral een zet was in het schaakspel om de macht, is echter nooit de status van concept ontgroeid. Michman, "Planning for the final solution…" blz. 149 noot 8. & Michman, "Jüdenräte…" blz. 302.
In het gewoel van de machtstrijd binnen het Reichskommissariat zochten voorzitters Asscher en Cohen naar speelruimte. Met het schrikbeeld voor ogen van de jonge joodse mannen die in februari 1941 waren opgepakt en enkele maanden later naar Mauthausen werden gedeporteerd, verkozen zij de samenwerking met Böhmcker boven het strengere bewind van SS en Sicherheitsdienst Houwink ten Cate, "The security police..." blz. 389-390. Herzberg, Kroniek… blz. 151.
De coöperatieve houding van de Joodse Raad ligt in de lijn van de meewerkende instelling van de joodse gemeenschap in het algemeen. Dankzij hun lange traditie van integratie en assimilatie in de Nederlandse samenleving reageerden de joden op vergelijkbare wijze als het merendeel van de Nederlandse bevolking op de Duitse bezetting: met acceptatie en coöperatie Blom, "The persecution of the Jews…" blz. 348-349 stelt dat de goed georganiseerde Joodse Raad naadloos aansloot bij de min of meer coöperatieve en dociele houding van de joodse gemeenschap in Nederland.
Het archief van de Joodsche Raad is niet in zijn geheel bewaard gebleven. Al tijdens de bezetting zijn delen door de Duitsers in beslag genomen en vernietigd Lindwer, Het fatale dilemma... blz. 32. Presser, Ondergang... deel 1 blz. 453. Vergelijk Houwinck ten Cate, "Security police..." noot 3.
Het archief dat medewerkers en afdelingen van de Joodsche Raad gevormd hebben, is nooit op één centrale plek bewaard. Ten eerste komt dat omdat de afdelingen van de Joodsche Raad verspreid waren over verschillende locaties in de stad. Bovendien bewaarden de provinciale vertegenwoordigers hun archief op hun eigen secretariaat.
De gevolgen van deze decentrale bewaring zijn te merken bij de ontvangst door het RIOD. In de meeste gevallen is niet meer te achterhalen hoe en wanneer het RIOD de stukken verwierf. Voor zover is na te gaan, zijn de volgende stukken, verspreid over meer dan twintig jaar, aan het RIOD overgedragen. Jaarverslag RIOD 1953. Jaarverslag RIOD 1954. Jaarverslagen RIOD 1962 en 1965.
De eerste overdracht vond plaats in 1953 door voormalig voorzitter David Cohen
Het archief is gevormd in de periode 1941-1943.
- Archief
- Holocaust
- Jodendom
- Vertrek
- Agenten
- Kleinkunst
- Cabaret
- Verboden
- Gestapo
- Parijs
- Gemeenten
- Politie
- Burgerbevolking
- Kinderen
- Gevechtshandelingen
- Scholen
- Gewonden
- Cultuur
- Wapens
- Vereeniging van Joden in België
- Vichy
- Joden
- Drie
- Gauw
- D.A.V.I.D.
- Razzia's
- Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen
- Trams
- Kamp Onrust
- Harzungen
- SS
- NSDAP
- Weeskinderen
- Archieven NIOD
- 1945-01-01
- 7,9 meter (309 inventarisnummers)
- 182
- nl
- Tweede Wereldoorlog
- Categorie
- Religie en Levensbeschouwing
- Trefwoorden
- In Oorlogsbronnen in set archieven_niod