Rapport van Hoffmann, Duits politie-attaché in Sofia over de voortgang der concentratie en deportatie van de Bulgaarse Joden. De koning heeft de arbeidsinzet in Roemenië bevolen in plaats van de deportatie naar het Oosten. Een aanslag (gepleegd door een Jood) en het oprollen van een Joodse-communistische bende hebben de stemming doen keren. Aangezien er niet voldoende politie beschikbaar is, is de Aussiedlung van de 25000 Joden uit Sofia niet mogelijk. Daarop gaf de koning toestemming tot hun evacuatie naar de provincie. De meeste Joden reageren op de evacuatiecbevelen en gaan: zij worden in 18 tot 20 steden ondergebracht bij reeds daar wonende Joodse families. De Joodse rabbijnen in Sofia hebben intussen de bemiddeling ingeroepen van de Bulgaarse metropoliet en de pauselijke nuntius. Het ligt in de bedoeling de evacuatie heden te voltooien. Er blijven dan slechts 2000-3000 Joden achter dankzij de hulp van relaties en door omkoperij. In het algemeen maakt de Bulgaarse regering een oprechte indruk. Van Duitse zijde is men overtuigd dat deze de Aussiedlung wenst. Haar houding steekt gunstig af tegen het Hongaarse regeringsbeleid, 7 juni 1943.
1943 - 2000
Collectie 270c: Proces Eichmann
Type
- Archiefbestand
Disclaimer over kwetsend taalgebruik
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer