Archief van Johannes Frederikus Kruyswijk (Amsterdam, 26 augustus 1916 -[onbekend]).

Archief van Johannes Frederikus Kruyswijk (Amsterdam, 26 augustus 1916 -[onbekend]). Militair/ verzetsdeelnemer. De uit Amsterdam afkomstige Johannes Frederikus Kruyswijk was tijdens de meidagen van 1940 actief als militair van de Nederlandse krijgsmacht. Op 10 mei 1940 werd Kruyswijk met zijn legeronderdeel naar Rotterdam gestuurd, waar hij in de dagen voorafgaand aan het bombardement op dieverse locaties in de stad de gevechten meemaakte. Op 14 mei maakte Kruyswijk het bombardement op Rotterdam mee. Kruyswijk ontvluchtte met bewoners en andere militairen de stad. Tijdens de daaropvolgende bezettingsjaren nam Kruyswijk (waarschijnlijk en onbekend in welke hoedanigheid) deel aan het verzet. In 1941 trouwde hij met Johanna van Gijn. Het echpaar woonde vanaf augustus 1941 op de Admiralengracht 2-II te Amsterdam. Het archief bestaat uit een verslag in dagboekvorm bijgehouden door Kruyswijk tijdens de meidagen van 1940, en een vervalst persoonsbewijs uit de oorlogsjaren.

Plaats

Meer over de provincie Zuid-Holland

Meer over de provincie Noord-Holland

Thema's

Organisatie

Verzetsmuseum Amsterdam

Collectie

Collectie Verzetsmuseum Amsterdam

Rechten

Auteursrechtelijke status niet geëvalueerd

Identificatienummer van Verzetsmuseum Amsterdam

19760

Bron

https://collectie.verzetsmuseum.org/ais6/Details/collect/6526

Trefwoorden

Rotterdam
Egodocumenten
Oorlogshandelingen
Kruyswijk, J.F.
Korff, H.R. De
Amsterdam
Meidagen 1940
Strijdmacht, Nederlands
Gijn, J. Van

Disclaimer over kwetsend taalgebruik

Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer

Meidagen 1940

Meidagen 1940 verwijst naar de periode toen Duitsland Nederland binnenviel, 10-15 mei 1940. Er werd veel gevochten bij de Grebbeberg, de IJssel- en Maaslinie, de Peellinie, de Moerdijkbruggen en Den Haag. De Duitsers lieten parachutisten en transporttoestellen achter de verdedigingslinies landen, hierdoor bleken de traditionele waterlinies niet effectief om een opmars af te remmen. Na het bombardement op Rotterdam op 14 mei was de situatie uitzichtloos voor Nederland. Op 15 mei capituleerde het Nederlandse leger, met uitzondering van Zeeland. De Koninklijke familie en het kabinet waren al gevlucht naar Engeland.