Rotterdam, Plein Loods 24
Plein Loods 24 te Rotterdam herinnert aan de in totaal twaalfduizend joodse Nederlanders uit Rotterdam en omgeving die tussen 30 juli 1942 en eind juni 1943 in Loods 24 werden verzameld voor deportatie. Het overgrote deel van hen heeft de verschrikkingen van de kampen niet overleefd. Ongeveer 13% van de joodse bevolking van Rotterdam en omgeving keerde terug uit de kampen of uit de onderduik. 'Wat de Hollandsche Schouwburg voor Amsterdam was, was Loods 24 voor Rotterdam,' zo omschrijft het Auschwitz Comité Loods 24 in zijn kwartaaltijdschrift van april 2003. Deze loods op het ommuurde terrein van de Gemeentelijke Handelsinrichtingen tussen de Spoorweghaven en de Binnenhaven, bedoeld voor de opslag van tabak, werd door de bezetter gebruikt als verzamelplaats voor de in Rotterdam en op de Zuid-Hollandse eilanden opgeroepen joodse Rotterdammers. Vanaf juli 1942 kregen joodse Rotterdammers van de 'Zentralstelle für jüdische Auswanderung' een oproep met als inhoud: 'U moet zich voor eventuele deelname aan, onder politietoezicht staande, werkverruiming in Duitsland voor persoonsonderzoek en geneeskundige keuring naar het doorgangskamp Westerbork, station Hooghalen, begeven. Daartoe moet U op (datum) 1942 om 18.00 uur op de verzamelplaats Rotterdam Entrepotstraat, Loods 24, aanwezig zijn.' In acht transporten zijn in totaal twaalfduizend joodse Rotterdammers van Loods 24 naar Westerbork vervoerd. Bijna allen werden vandaar naar Auschwitz getransporteerd. Maar duizend van hen overleefden de oorlog. Deze massale deportatie, die zo goed als een einde maakte aan bloeiend joods leven in Rotterdam, is vrijwel onopgemerkt gebleven. Oprichting In mei 1987 werd het Comité Loods 24 opgericht. De aanleiding vormden de plannen voor de Kop van Zuid. Loods 24 bestond niet meer en het gebied werd bouwrijp gemaakt voor een nieuwe woonwijk. Alleen een stuk muur naast het brugwachtershuisje van de Spoorweghavenbrug stond nog overeind. Doel van het comité: de plek waar Loods 24 gestaan heeft moest onbebouwd blijven, en het drama moest op simpele wijze vast worden gelegd voor jongere generaties. Daarnaast wilde het comité (bestaande uit vertegenwoordigers van de joodse gemeenten en enkele ambtenaren) dat een aantal straten op de Kop van Zuid vernoemd zouden worden naar mensen die zich voor, tijdens en na de oorlog ingezet hebben om het lot van de joodse gemeenschap te verlichten. Het plan van het comité werd positief ontvangen door het gemeentebestuur van Rotterdam. Van meet af aan hebben zowel de Raad als het College de zaak met woord en daad gesteund. Onthulling Op de plek waar de loods heeft gestaan, ligt het Plein Loods 24; de straten eromheen kregen de namen: Helmersstraat en Eric Kropstraat, Levie Vorstkade en Louis Pregerkade. Aan de rivier ligt nog de Eva Cohen-Hartogkade. In 1992 werd een stuk muur dat nog van het oude plein over was, tot monument verklaard en werd er een herdenkingsplaquette onthuld door burgemeester Peper. Op 30 juli 1999 werd er een totaal nieuw herdenkingsmonument (een verlichtingselement) bij Loods 24 geopend door burgermeester Opstelten. Hierbij werd de tekst 'Wij zullen allen bij dat licht / gedenken met betraand gezicht / en zonder woorden' uitgesproken. Plein Loods 24 wordt door de joodse gemeenschap gebruikt voor individuele herdenkingen bij het lichtelement.
- Pieter Figdor (verlichtingselement)
- Ir. Paul Achterberg (vormgeving plein)
- Oorlogsmonumenten
- monument
- 2514
- Vervolgden Nederland
- Overig
Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer