Ga direct naar: Hoofdnavigatie
Ga direct naar: Inhoud
Alle bronnen

Overloon, museumplaquette

De museumplaquette in Overloon (gemeente Land van Cuijk) is opgericht ter herinnering aan de Overloonse bevolking die al snel na het einde van de Tweede Wereldoorlog eigenhandig een museum bouwde. Na een voorspoedige opmars door Noord-Frankrijk en België waren de Amerikanen van de 30ste infanterie 'Old Hickory' erin geslaagd het grootste deel van Zuid-Limburg te bevrijden. Vervolgens wilden de geallieerden op 17 september 1944 met een groot offensief (operatie 'Market Garden') vanuit België een bruggenhoofd over de grote rivieren in Nederland veroveren. Luchtlandingstroepen moesten in een bliksemsnelle aanval bruggen in Noord-Brabant en Gelderland veilig stellen. Vanuit België moesten grondtroepen over de veroverde bruggen naar het IJsselmeer optrekken. Er werden drie complete divisies gedropt: de 101ste US Airborne Divisie bij Eindhoven en Veghel, de 82ste US Airborne Divisie bij Grave en Groesbeek en de 1ste Britse Airborne Divisie bij Arnhem en Oosterbeek. Bij de Amerikanen verliep alles vrij goed. De bruggen over de Maas en het Maas-Waalkanaal bij Heumen en de meeste bruggen nabij Eindboven vielen in hun handen en na harde strijd ook de Waalbrug bij Nijmegen. Maar de Rijnbrug bij Arnhem bleek een brug te ver. De Britse para's werden verrast door Duitse pantsertroepen en moesten zich onder zware verliezen terugtrekken in de Betuwe. Dankzij de samenwerking van Amerikaanse en Engelse soldaten kon in Brabant een strook vrij gebied, 'de Corridor' genaamd, behouden blijven. Dit gebied tussen Eindhoven en Arnhem werd voortdurend bedreigd door het bruggenhoofd dat de bezetter in Noord-Limburg en een deel van Oost-Brabant had weten te behouden. Van de fronten van België en Frankrijk weggevluchtte eenheden werden hier samengevoegd met geharde 'Fallschirmjäger' en fanatieke SS'ers. Deze samenstelling werd door de bezetter 'Erste Fallschirmarmee' genoemd. Hun generaal was Kurt Student. Zijn Britse collega aan de andere kant heette generaal-majoor L.C. Whistler. Hij voerde legeronderdelen aan met namen die ontleend waren aan het Engelse landschap: de Suffolks, de Norfolks, de Easyyorks, de Warwicks en de Lancashires. Deze tegenstanders vochten in oktober 1944 in regen en modder een gruwelijke strijd, waaronder ook de burgerbevolking zwaar te lijden had. Volgens veldmaarschalk Montgomery moest het Britse 8e korps, gesteund door de Amerikaanse 7e pantserdivisie het Duitse bruggenhoofd elimineren en daarna doorstoten naar Keulen en Düsseldorf. Eind september zetten de geallieerden de eerste aanvallen in op de frontlijn die globaal liep van Boxmeer naar Weert. Maar de Britse bevelhebber onderschatte zowel de weerstandskracht van de bezetter als de problemen die zijn eigen troepen hadden in het moeilijk begaanbare en door rivieren, kanalen en sloten doorsneden Peelterrein. Bij Overloon, waar Duitse troepen zich hadden ingegraven, werd de geallieerde opmars tot staan gebracht. Op 12 oktober 1944 bestookten de geallieerden anderhalf uur lang de Duitse stellingen in en rond Overloon met zware artillerie en luchtaanvallen. Maar liefst 125.000 granaten vlogen de bezetter om de oren. 'Das war alles Wahnsinn. Weltuntergangsstimmung', zou vele jaren later uit de mond van een Duitse soldaat opgetekend worden. Hiermee werd de aanzet gegeven tot een fase in de Tweede Wereldoorlog die na alle aandacht voor de Slag bij Arnhem als 'vergeten slag' is aangeduid. Nadat de bevrijders drie vliegtuigen en zo'n veertig tanks hadden verloren, begonnen de man-tegen-mangevechten. Huis voor huis werd Overloon veroverd en ook in de omliggende bossen werd fel gevochten. Op 14 oktober 1944 in de namiddag viel het laatste Duitse bolwerk, een groep SS'ers die zich in de ruïne van de Overloonse kerk had verschanst. Nadat negen dagen lang Amerikaanse Shermantanks tevergeefs een bres hadden proberen te slaan in de Duitse stellingen, lukte het de Britten de vijand terug te dringen tot bij Venray. Toen de kanonnen zwegen, waren 300 burgers van Overloon en Venray gedood en Overloon lag in puin. Aan Britse en Amerikaanse kant sneuvelden rond Overloon bijna 1.900 soldaten, de bezetter verloor zeker 600 mannen. Dat is ongeveer evenveel als de verliezen tijdens operatie 'Market Garden', de grootste luchtlandingsoperatie uit de geschiedenis. De Britten vonden deze strijd zo heftig en fel dat Overloon de bijnaam kreeg van het 'tweede Caen', verwijzend naar de hevige strijd die zij hadden moeten voeren bij het Franse Caen vlak na D-day. Oprichting Harry van Daal, inwoner van Overloon, stelde meteen na de slag voor om een deel van het slagveld intact te houden en in te richten als museum. Op 25 mei 1946 opende generaal Whistler, de commandant van de Britse troepen die eerder Overloon hadden veroverd, officieel het Nationaal Oorlogs- en Verzetsmuseum. Dat museum kennen de meeste Nederlanders weer wel. Museum-directeur Temming: 'Maar de Slag niet, dat blijft vreemd.' Onthulling Het monument is onthuld op 15 oktober 2004 in aanwezigheid van de Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant, mevrouw JRH Maij-Weggen. Het Nationaal Oorlogs- en Verzetsmuseum te Overloon draagt zorg voor het onderhoud van het monument.

Plaats
Disclaimer over kwetsend taalgebruik

Bij bronnen vindt u soms teksten met termen die we tegenwoordig niet meer zouden gebruiken, omdat ze als kwetsend of uitsluitend worden ervaren.Lees meer

Ontvang onze nieuwsbrief
Tweewekelijks geven we je een overzicht van de meest interessante en relevante onderwerpen, artikelen en bronnen van dit moment.
Ministerie van volksgezondheid, welzijn en sportVFonds
Contact

Vijzelstraat 32
1017 HL Amsterdam

info@oorlogsbronnen.nlPers en media
Deze website is bekroond met:Deze website is bekroond met 3 DIA awardsDeze website is bekroond met 4 Lovie awards