Stukken betreffende de overgang van de heerlijkheid Groet door vererving of verkoop.

N.B. De achtereenvolgende ambachtsheren en -vrouwen van Groet waren: 1730: Dirk Trip door koop van de Staten van Hollan en West-Friesland 1738: G.A. baron van Adriani door koop van de vorige 1762: Mevrouw J.L. van Meel, gescheiden echtgenote van de vorige, eerder weduwe Sadelijn, door overdracht van G.A. baron van Adriani; 1778: Mr J.J. Sadelijn te Utrecht bij testament van de vorige, zijn tante; 1788: C.F. Morterre te Amsterdam door koop van de vorige (deze koop is wegens insolventie van de koper in 1789 teniet gedaan); 1816: N.W. Buddingh te Utrecht door koop van de vorige; 1833: Jacoba Elisabeth van der Palm, bij dode van de vorige, haar echtgenoot.