Waterschap Gouweveer en Zelke, 1674-1958 (1976)

Inleiding Met de bedijking van de Gouweveerpolder in 1628 werd de verlanding van de Duiveland van Schouwen scheidende waterloop de Gouwe voltooid A. J. van der Aa, Aardrijkskundig Woorderboek der Nederlanden, IV, Gorinchem, 1843, blz. 745, 746. . De naam is ontleend aan het veer, dat vóór het leggen van de Stenendijk tussen de westhoek van Alteklein en de noordoosthoek van Zuidernieuwland de verbinding tussen Zierikzee en Duiveland onderhield. Het Gouweveer, gelegen aan de zuidwestelijke Vierbannendijk, telde eertijds een kapel en 30 huizen, die door de vloed van 1530 met de grond gelijk gemaakt werden A. J. van der Aa, Aardrijkskundig Woorderboek der Nederlanden, IV, Gorinchem, 1843, blz. 745, 746. . Een dergelijke bewoning is daarna niet meer tot stand gekomen: er waren slechts enkele huizen in de latere polder naast de buitenplaats Ypenhoven A. J. van der Aa, Aardrijkskundig Woorderboek der Nederlanden, IV, Gorinchem, 1843, blz. 745, 746. . De 293 ha. metende Gouweveerpolder viel gedeeltelijk onder het rechtsgebied van het Poortambacht van Zierikzee, gedeeltelijk onder de Vierbannen van Duiveland Tegenwoordige Staat der Vereenigde Nederlanden; vervolgende de beschrijving van Zeeland, Amsterdam, 1753, II, blz. 533. Zie ook de kaart van Hattinga, hierbij gevoegd. . Voor de eveneens in de voormalie Gouwe bedijkte Zelkepolder, sinds 1797 in één waterschap met de Gouweveerpolder verenigd, gold hetzelfde al was hier het Vierbannen-deel gering. De naam van deze onbehuisde kleine (9 ha.) polder is ontleend aan de destijds nabijgelegen bergen zel-as, afval van de Zierikzeese zoutnering. Beide polders loosden hun overtollige water op het Dijkwater en zijn sinds 1957 aangesloten op het Sas-gemaal M. H. Wilderom, Tussen Afsluitdammen en Deltadijken, Middelburg, 1964, II, blz. 289. . Tijdens de stormvloed van 1953 waren de binnendijken met Zuidernieuwland en de Vierbannen doorgebroken, nadat in de zeedijk negen gaten-waarvan twee stroomgaten-waren ontstaan. Zowel Gouweveer- als Zelkepolder stonden enige maanden onder water, tot 28 juli resp. 9 mei Verslag over de stormvloed 1953, samengesteld door de Rijkswaterstaat en het Koninklijk Nederlands Meteorologisch Instituut, 's-Gravenhage, 1961, blz. 229. . Het waterschap Gouweveer en Zelke werd bestuurd door een dijkgraaf en twee gezworenen, bijgestaan door een ontvanger-griffier en een waterbouwkundig ambtenaar Provinciale Almanak voor Zeeland van het jaar 1958, Middelburg, 1957, blz. 485. . Het archief meet 1.60 strekkende meter.