Johannes Hubertus Janssen

Ook bekend als: Harrie

Johannes (roepnaam Harrie) wordt geboren op 3 november 1916 in Deurne als zoon van Jan Janssen en Johanna Broer. Na zijn schooltijd volgt Harrie in 1937 de mariniersopleiding op de kazerne aan het Oostplein in Rotterdam. Een jaar later, op 7 december 1938, vertrekt hij met MS Christiaan Huygens vanuit Amsterdam naar Batavia in Nederlands-Indië, waar hij een maand later aan land gaat. Op 8 december 1941, een dag na de aanval op Pearl Harbor, verklaart de Nederlandse regering vanuit Londen Japan de oorlog. De Japanners grijpen dit aan om Nederlands-Indië direct binnen te vallen. Vanwege zijn natuurlijke oliebronnen en geostrategische ligging is de verovering van de Nederlandse kolonie voor de Japanners een van de belangrijkste doelen geworden om Oost-Azië te overheersen. Harrie dient als marinier aan boord van de kruiser Hr. Ms. Tromp, maar omdat hij door de Japanners krijgsgevangen genomen wordt, is hij op dat moment waarschijnlijk aan wal gestationeerd. Samen met duizenden andere krijgsgevangenen wordt hij naar het vasteland van Zuidoost-Azië gedeporteerd, waar hij als dwangarbeider wordt ingezet bij de aanleg van de Birma-spoorlijn. Daar komt Harrie uiteindelijk terecht in het Thaise kamp Chungkai. Dit werkkamp ligt aan de samenvloeiing van de Khwae Yai en de Khwae Noi tot de Mae Klong-rivier, op 57 kilometer van het oostelijke einde van de lijn in Non Pladuk. Chungkai is een van de grotere kampen dat van november 1942 tot februari 1943 dienstdoet als werkkamp voor de aanleg van de spoordijk tot aan Wan Lun en voor de bouw van de brug over de Khwae (Kwai), bekend van het verhaal van Pierre Boulle. Vanaf februari is Chungkai vooral een hospitaalkamp voor gevangenen uit de verderop gelegen kampen en een doorgangskamp voor gevangenen die vanuit Non Pladuk binnenkomen. Het is niet bekend of Harrie vanaf het begin aan het werk is gezet in Chungkai, of dat hij een van de duizenden zieke gevangenen is die van verderop aan de lijn worden binnengebracht. Op 26 juni 1943 bezwijkt hij in het kamp aan de gevolgen van uitputting en ondervoeding. Harrie is 26 jaar geworden en rust op de oorlogsbegraafplaats in Chungkai. Harrie is de oudere broer van Gerardus, die zich tijdens de Duitse bezetting als vrijwilliger meldt bij de Waffen-SS en in juli 1944 vermist raakt aan het Oostfront.

Bron: Brabantse Gesneuvelden