Allard August Weddepohl

Ook bekend als: Allard

Allard wordt geboren op 12 oktober 1914 in Amsterdam als het enige kind van Allard senior en zijn eerste vrouw Magdalena van Reijendam. Het gezin is lid van de Evangelisch-Lutherse Kerk. Zijn ouders scheiden in 1924, waarna vader hertrouwt met de eveneens gescheiden Alida den Breems. Allard junior trouwt later zelf in Rotterdam met Margaretha Büller; hun huwelijk blijft kinderloos. Hij wordt in 1930 toegelaten tot de Rijkstuinbouwschool in Boskoop en daarna is hij beroepsmilitair geworden. Inmiddels zijn zij gaan wonen in Vught. Als in de loop van 1939 de oorlogsdreiging voor Nederland sterk toeneemt, wordt Allard gemobiliseerd en als wachtmeester ingedeeld bij het eskadron Pantserafweergeschut van het 2e Regiment Huzaren Motorrijders, gelegerd in ’s-Hertogenbosch en Vught. Op 10 mei 1940 valt het Duitse leger Nederland binnen. Allard wordt met zijn regiment vanuit Vught naar Mill gezonden om langs de Peel-Raamstelling de tegenaanval in te zetten. Diezelfde dag raakt hij zwaar gewond door schotwonden in zijn been en buik, als hij bij de treinhalte van Zeeland in gevecht raakt met Duitse troepen. Allard wordt binnengebracht in het rooms-katholieke ziekenhuis in Mill om in de namiddag naar het Sint-Jansgesticht in Uden te worden overgebracht. Op12 mei 1940 bezwijkt hij daar aan zijn verwondingen. Allard is 25 jaar geworden en wordt aanvankelijk in het ongewijde gedeelte van het rooms-katholieke kerkhof in Uden begraven. In 1946 vindt hij zijn laatste rustplaats op het Militair ereveld Grebbeberg in Rhenen. Twee weken eerder is ook zijn vader aan een natuurlijke doodsoorzaak overleden; het is goed mogelijk dat Allard hier niet van op de hoogte is geweest.

Bron: Brabantse Gesneuvelden